zaterdag 30 januari 2016

Vliegende slangen

Wanneer een slang vooruit kronkelt, is er wrijving tussen zijn schubben en de ondergrond waartegen hij zich afzet. Achteruit kruipen is voor een slang lastiger dan vooruit omdat zijn schubben achterwaarts gericht zijn. Hij ondervindt dan dus minder weerstand. Ook kunnen veel soorten slangen zwemmen en er zijn er vijf die vliegen (zweven). Ze lanceren zich uit een boom, maken hun ribben breed en kronkelen naar de volgende boom.